Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ziet, Ik heb u [30]gelouterd, doch [31]niet als zilver, Ik heb u [32]gekeurd in den smeltkroes der ellende. 30. Te weten door kruis, ellende en tegenspoed. 31. Te weten niet zo dikwijls noch zo nauw als men zilver loutert, opdat gij niet geheel vergaat; of, niet met het zilver; dat is, Ik zal u in den smeltkroes met het zilver niet tegelijk beproeven, gelijk men het valse zilver door het goede in een en denzelfden smeltkroes tegelijk beproeft. De zin is: Ik zal u wel met kruis bezoeken, maar Ik zal het matigen. Zie 1 Petr.1:7. 32. Te weten als gereinigd, gelouterd en uitgelezen goud of zilver, dat in den smeltoven gelouterd is. Zie Spreuk.17:3, en Spreuk.27:21. De zin is: Als Ik u door mijne genade zolang in het kruis zal hebben laten steken, totdat gij u met ware hartgrondige boete tot mij bekeert, zal Ik u weder weldadigheid bewijzen.